Het verplichten van individuen (bvb. zorgverleners) tot de experimentele Covid-19 vaccinatie is in principe verboden, krachtens deze wetten, verklaringen en artikelen:

In het rapport (Resolutie 2361) staat onder punt 7.3 te lezen dat de lidstaten en de EU dringend worden opgeroepen om:

7.3.1. te verzekeren dat burgers zijn geïnformeerd dat de vaccinatie NIET verplicht is, en dat niemand op politieke, sociale of andere wijze onder druk wordt gezet om zichzelf te laten vaccineren, als zij dat zelf niet willen; 7.3.2. te verzekeren dat niemand wordt gediscrimineerd wegens het niet gevaccineerd zijn vanwege mogelijke gezondheidsrisico’s of niet gevaccineerd willen worden;

Artikel 3
Een ieder heeft het recht op leven, vrijheid en onschendbaarheid van zijn persoon.

Artikel 19
Een ieder heeft recht op vrijheid van mening en meningsuiting. Dit recht omvat de vrijheid om zonder inmenging een mening te koesteren en om door alle middelen en ongeacht grenzen inlichtingen en denkbeelden op te sporen, te ontvangen en door te geven.

1. De vrijwillige toestemming van het menselijke subject is absoluut essentieel.

6. Het te nemen risico mag nooit groter zijn dan dat bepaald door het humanitaire belang van het probleem dat door het experiment moet worden opgelost.

“Ik zweer/beloof dat ik de geneeskunst zo goed als ik kan zal uitoefenen ten dienste van mijn medemens. Ik zal zorgen voor zieken, gezondheid bevorderen en lijden verlichten. Ik stel het belang van de patiënt voorop en eerbiedig zijn opvattingen. Ik zal aan de patiënt geen schade doen. Ik luister en zal hem goed inlichten. Ik zal geheim houden wat mij is toevertrouwd. Ik zal de geneeskundige kennis van mijzelf en anderen bevorderen. Ik erken de grenzen van mijn mogelijkheden. Ik zal mij open en toetsbaar opstellen, en ik ken mijn verantwoordelijkheid voor de samenleving. Ik zal de beschikbaarheid en toegankelijkheid van de gezondheidszorg bevorderen. Ik maak geen misbruik van mijn medische kennis, ook niet onder druk. Ik zal zo het beroep van arts in ere houden. Zo waarlijk helpe mij God almachtig, dat beloof ik.”

3. De Verklaring van Genève van de WMA bindt de artsen met de volgende woorden: “ De gezondheid van mijn patiënt zal mijn eerste zorg zijn” en de ‘International Code of Medical Ethics’ (Internationale Code van Medische Ethiek) verklaart dat een “arts bij het verzorgen van een patiënt moet handelen in diens beste belang”.

4. Het is de plicht van de arts de gezondheid, het welzijn en de rechten van de patiënten te bevorderen en te vrijwaren, ook van deze betrokken bij medisch onderzoek. De arts wijdt zijn kennis en zijn geweten aan het vervullen van deze plicht.

9. Het is de plicht van de artsen die aan medisch onderzoek doen het leven, de gezondheid, de waardigheid, de integriteit , het zelfbeschikkingsrecht, de privacy en de vertrouwelijkheid van de informatie van de proefpersonen te beschermen. De verantwoordelijkheid voor het beschermen van de proefpersonen moet altijd rusten op een arts of op een andere gezondheidswerker en nooit op de proefpersoon zelf, ook al heeft deze zijn toestemming gegeven.

18. Artsen mogen niet deelnemen aan onderzoek met mensen zonder de zekerheid te hebben dat de risico’s juist ingeschat werden en toereikend beheerd kunnen worden. Als de risico’s groter blijken dan de potentiële voordelen of zodra er definitieve conclusies aangetoond werden, moeten de artsen bepalen of ze het onderzoek voortzetten, wijzigen of onmiddellijk stopzetten.

25. De deelname aan medisch onderzoek van personen die bekwaam zijn om hun geïnformeerde toestemming te geven moet vrijwillig zijn. Hoewel het aangewezen kan zijn de familieleden of de leiders van de gemeenschap te raadplegen, mag geen enkele persoon die bekwaam is een geïnformeerde toestemming te geven betrokken worden bij een studie zonder dat hij zijn vrije en geïnformeerde toestemming heeft gegeven.

26. In medisch onderzoek met mensen die bekwaam zijn een geïnformeerde toestemming te geven dient elke potentiële proefpersoon naar behoren ingelicht te worden over de doelstellingen, de methodes, de financieringsbronnen, elk mogelijk belangenconflict, de banden van de onderzoeker met instellingen, de verwachte winst en de potentiële risico’s van het onderzoek, de onaangenaamheden die het kan veroorzaken, de maatregelen die zullen genomen worden na de klinische proef en elk ander relevant aspect van het onderzoek. De potentiële proefpersoon moet op de hoogte gebracht worden van zijn recht te weigeren deel te nemen aan het onderzoek of zich er op ieder moment uit terug te trekken zonder tegenmaatregel. Er dient speciale aandacht besteed te worden aan de specifieke informatienoden van elke potentiële proefpersoon maar ook aan de methodes gebruikt voor het verstrekken van deze informatie. Wanneer de arts of een andere gekwalificeerde persoon zeker is dat de potentiële proefpersoon de informatie begrepen heeft, moet hij zijn vrije en geïnformeerde toestemming vragen, bij voorkeur schriftelijk. Indien het niet mogelijk is de toestemming schriftelijk te geven, moet de niet-schriftelijke toestemming uitdrukkelijk gedocumenteerd zijn in aanwezigheid van een getuige. Alle personen betrokken bij een medisch onderzoek moeten de keuze krijgen in kennis gesteld te worden van de algemene conclusies en resultaten van deze studie.

Bron: Wereldwijdevaccinatie.info